Ultieme kinderdromen

Hij was pas 7 jaar, maar had al 2 grote dromen. Het ventje wilde profvoetballer en schrijver worden. En het liefst een beroemde schrijver. Hij bedacht verhaaltjes en krabbelde ze in een schrift. Op de lagere en middelbare school was hij dol op het maken van  opstellen. En als hij niet aan het schrijven was, liep het knaapje in de Utrechtse wijk Ondiep tegen een bal te trappen.

Een kwart eeuw later is hij inderdaad een grote bermoemdheid. Niet als schrijver, maar als voetballer.
De inmiddels 30-plusser heeft alles wat zijn hartje begeert. Een uitpuilende bankrekening, een miljoenensalaris, een mooie vrouw; een fraaie strandbungalow en horecazaak op Ibiza en een  leuk zoontje. En toch wil deze man, volgens een interview, nog steeds schrijver worden.
Je vraagt je af wat hem bezielt om in eenzaamheid te zitten zweten en zwoegen om verhalen, romans of thrillers te willen schrijven. Ik weet wel wat hem drijft. Het is de schrijfvirus, een soort verslaving om creatief met woorden en zinnen bezig te zijn.

Wesley

Als ik nou vertel dat hij momenteel in de woestijn voetbalt, zijn vrouw Jolanthe heet en zijn zoontje Xess Xavier, weet je natuurlijk over wie ik het heb. Je zou het niet verwachten, maar het is inderdaad Wesley Schneider.
 

Als je een beroemde schrijver wilt worden moet je veel geluk hebben. Bijvoorbeeld bij praatprogramma op TV komen, relaties hebben bij de krant, een goede PR. Het heeft vaak weinig met talent te maken. Voor Wesley is de geluksfactor niet van toepassing. Als er een boek van hem uitkomt, zal dat verkocht worden als een tierelier. Let maar op.

Toen ik tiener was had ik dezelfde dromen als Wesley. Ik wilde ook schriijver en profvoetballer worden.
Maar oh, oh, oh. Het is mij geen van beide gelukt. Door toevallige omstandigheden en drukke wekzaamheden had ik voorheen weinig gelegenheid om aan schrijven toe te komen. En  profvoetballer ben ik ook al niet geworden. Een dag voor het tekenen van een kontrakt(je) brak ik mijn pols. Einde van een nooit-begonnen-keeperscarrière.

Maar ondanks dat mijn dromen van toen niet zijn uitgekomen, heb ik geen spijt van de gemiste kansen. Ik heb een spannende roman geschreven, heb een verhalenbundel klaar liggen voor uitgifte, schrijf in alle vrijheid verhalen en columns en heb altijd naar hartelust gesport. En dat doe ik nog steeds.

Mijn dagen zijn prettig gevuld. Tegenwoordig droom ik over andere leuke dingen.

 

19-02-2018