Hfdst. 9: De kenau    -  (Slot: Groot verdriet)

Ondanks de nare sfeer in huize Petrussen, vonden we een koper voor de woning. Kort daarna overhandigde Petrussen mij een dikke envelop. ‘Hier Bert, voor jou. Ik wil dat je hem pas na het definitieve transport open maakt. Altijd heb je een luisterend oor voor me. Je bent in korte tijd een goede vriend van me geworden.'

Enkele weken voor de notariële overdracht belde ik op om nog wat belangrijke zaken te bespreken.
Toen ik mevrouw Petrussen aan de lijn had, kreeg ik een verschrikkelijke mededeling. Otto Petrussen was een dag eerder overleden. Dood in zijn bed gevonden.
‘Was hij dan ziek?’ vroeg ik ontsteld.
‘Nee, hij is eergisteren moe en is naar bed gegaan. De avond ervoor was hij nog naar de kroeg geweest. Had natuurlijk weer te veel gedronken.’
Ik was onthutst. Hoe was dit mogelijk? Onlangs was de man nog op kantoor geweest en leek hij gewoon gezond.
Ik zegde toe het overlijden door te geven aan de notaris voor de verdere afwikkeling en wenste haar veel sterkte. De hele dag had ik nodig om bij te komen van de schok.
De overdracht van de woning en van een onlangs aangekocht flatje verliepen zonder problemen.


Lieve vriend:

Door de emotionele gebeurtenis was ik de envelop helemaal vergeten. Pas maanden later vond ik hem in mijn bureaula. De inhoud choqueerde me. Hij was gevuld met biljetten van vijftig euro en er zat ook een briefje bij.

Lieve vriend, zo was de vlijende aanhef. Gretig las ik verder.
Je was een aimabel persoon. Je had aandacht voor mij als klant, maar zeker als persoon, als goede vriend zelfs. Daar ben ik je dankbaar voor. We hebben de afgelopen maanden een aantal aangename gesprekken gehad. Daarom deze extra beloning.
Je zult je afvragen waarom ik dit schrijf. Ik ben ernstig ziek en zal het niet lang meer maken. Niemand weet het, ook mijn vrouw niet. Ik heb een mooi leven gehad en de laatste maanden ook nog veel genoten.
Mijn vrouw lag sinds haar beroerte met zichzelf overhoop, maar de vele jaren daarvoor was het een lieve, zorgzame echtgenote. En dat ben ik nooit vergeten. Gelukkig hebben we nog een mooie flat voor haar kunnen kopen. 
Nogmaals dank voor alles. Het ga je goed en geniet van elke dag die je ter beschikking hebt.
Je vriend, Otto Petrussen.


Ik zat lange tijd zachtjes achter mijn bureau te snikken, tot mijn secretaresse Linda de kamer binnenkwam.
‘Wat heb jij nou, Bert?’
‘Hier, lees dit maar eens.’
Ook Linda hield het niet droog. ‘Wat een lieve man was die mijnheer Petrussen’, sprak ze tussen het snikken door.
‘Zeker, dat was hij. Alleen vraag ik me af waaraan hij overleden is. Hij wist kennelijk dat hij de overdracht niet zou halen. Of heeft hij zijn einde misschien zelf bespoedigd?’
‘Wie weet. Of je het kunt respecteren of niet, we moeten het aanvaarden dat hij er niet meer is.’
Ik besloot het geld van Otto aan enkele goede doelen te schenken. Zo werd de nagedachtenis aan Otto Petrussen op waardige wijze afgesloten.
 

Korte tijd later bracht ik een bezoek aan de weduwe en heb haar van zijn slechte gezondheidstoestand op de hoogte gebracht.
'Ik heb het gehoord van de arts', stamelde ze.
‘Ik kan u verzekeren, mevrouw, dat hij nog steeds van u hield. Hij heeft mij verteld dat u tijdens het huwelijk altijd een goede en zorgzame echtgenote bent geweest. En hij ging niet naar de kroeg om veel te drinken, maar omdat hij met andere mensen wilde praten. Hij genoot nog van het leven en ik denk eerlijk gezegd dat hij in het huis waar hij was geboren, ook wilde sterven.’
Nu begon zie ineens te huilen. ‘Ik heb het niet geweten en hem totaal verkeerd beoordeeld. Nu dat hij er niet meer is, besef ik dat ik hem vaak onnodig beledigd heb. Het was een lieve man,’ snikte ze. 

Ze was me dankbaar met mijn bezoek en ik was blij dat ik de herinnering aan Otto Petrussen op een mooie manier heb kunnen afsluiten.

02-09-2019

Wil je meer story's lezen? Klik dan HIER voor de volledige titellijst