Luister goed jongens, meisjes en alle andersoortige wezens. Vandaag wil ik jullie een belangrijke les geven over biologie. Niet dat ik er wat van af weet, maar via Google en Wikipedia kun je er van alles over te weten komen. Toch?

Vroeger wilde ik leraar, of zeeman worden, maar door omstandigheden is van beide niets gekomen. Daarom heb ik gedacht mijn vroegere beroepskeuze-ideaal eens voor een keertje op te pakken en te proberen jullie wat bij te brengen over levende wezens.

Veelal zijn levende wezens te verdelen in groepen van drie. Zo heb je dames, heren en transgenders; maar ook hetero's, homo's en lesbiennes; vaders, moeders en kinderen; Sinterklaas, zwarte Piet en roetveeg Piet, enzovoort, enzovoort.
Da's niks nieuws zul je zeggen. Klopt, maar levende wezens zijn ook nog in een ander, minder bekende, groep van drie te verdelen, namelijk in carnivoren, herbivoren en omnivoren.
Ik moet eerlijk bekennen dat ik tot voor kort alleen weleens van het woord omnivoor gehoord had. Ze worden weinig gebruikt. Dus, als je mijn biologieles hebt uitgelezen, mag je die woorden meteen weer vergeten. Maar eerst zal ik even uitleggen wat ze met mijn les te maken hebben. Mocht je de betekenissen van de woorden al kennen, mag je de volgende alinea gewoon overslaan.

Let nog even goed op jongelui, want nu wordt het lastig: carnivoren zijn dieren die bijna uitsluitend vlees eten, zoals leeuwen, tijgers, roofvogels, reptielen en andere wilde beesten. Dan heb je de planteneters, herbivoren genaamd. Dat zijn onder andere: herkauwers, mensapen en sommige vissoorten. De omnivoren tot slot zijn de levende wezens die van twee walletjes eten, zowel vlees als landproducten. Dat zijn onder meer beren, varkens, chimpansees, en vele andere bestaande organismen, waaronder de mens.
 

(Vega-)Hamburgers

Nu is er, beste lieden, de laatste tijd een trend gaande dat diverse mensen geen omnivoor, maar herbivoor willen worden; ofwel vegetariër. Er wordt tegenwoordig veel over geschreven in kranten en op Internet, als ook besproken op TV en radio. Voorstanders pleiten dan vurig om minder vlees en meer veldproducten te eten.

Onlangs zat ik toevallig na een tennismiddag met een aantal mensen te discussiëren over vegetarisme. De argumenten voor en tegen vlogen over tafel zonder dat iemand van mening veranderde. Het resultaat was wel dat één van de aanwezigen aanbood om de volgende week vegetarische hamburgers voor het gezelschap te bakken, om ze dan op smaak te beoordelen.

Inmiddels heb ik de vegaburger geproefd en ik moet zeggen dat hij, met een lekker sausje erover, best goed smaakte. Gezien deze ervaring zou ik jullie zomaar kunnen adviseren om soms vegetarisch te eten, maar eerlijk gezegd voel ik mijzelf daar toch nog erg onwennig bij, onder meer vanwege de gedachte om het ouderwetse plakje ham of rosbief op mijn boterhammetje te moeten inruilen voor surrogaatproducten, voorzover daar tenminste smaakvolle vervangers voor zijn. Dat is jullie leraar nog niet bekend.

Conclusie van deze les is dus jongelieden en andere wezens, dat je zelf maar moeten uitmaken of je omnivoor, of herbivoor wilt zijn. Ik kom er niet uit.

28-10-2019