Tennisgekakel

Mensen die mij persoonlijk kennen, of die mijn blogs regelmatig lezen, weten inmiddels wel dat ik een enthousiast tennisser ben. Misschien zelfs fanatiek en bezeten. Nou moet je hier niet uit opmaken dat ik bijzonder getalenteerd ben. Nee, dat valt eerlijk gezegd nogal tegen. Ik probeer wel regelmatig met een racket ballen over een net te slaan. Soms lukt dat wonderwel goed, maar heel vaak gaat het ook finaal mis.


Het maakt mij eigenlijk niet zoveel uit. Het belangrijkste is dat ik met ontzettend veel plezier een paar keer per week mijzelf reuze vermaak met een fijne groep 60-plussers, die elkaar op allerlei manieren proberen dwars te zitten met gemene drop- of effectballetjes, smashes of keiharde ballen op je lichaam.
Als ik mijn buurman net zo zou pesten als dat op de tennisbaan gebeurt, zou ik konstant hooglopende ruzie met hem hebben. Maar op de tennisbanen wordt het allemaal lachend geaccepteerd.

En na afloop zitten we met wat drank voor ons onder elkaar te kakelen dat het een lieve lust is. We zwetsen dan over allerlei mannendingen, zoals voetbal, auto’s, politiek, vrouwen en andere interessante onderwerpen. De ene betweter heeft het hoogste woord over de laatste competitie-indeling en over ranglijsten, een andere wise guy geeft ongevraagd tips hoe je hoge ballen af moet smashen, of geeft college over de besnaring van je racket. En dat ge-o-h-en is vaak net zo lachen als al dat tennisgedoe op de baan.


Ook kan er wel eens gekletst worden over bepaalde, irritante tegenstanders van andere verenigingen, of collega-tennissers die al naar huis zijn. Dat gebeurt zowel in goede als soms ook in minder goede zin.
Dat laatste is nou precies de reden, waarom ik meestal wat langer blijf hangen. Ik wil kunnen meepraten. Als ik eerder wegga, kan er mogelijk ook iets naars over mijn tenniscapaciteiten, of andere gebreken gekakeld worden, terwijl mijn vele sterke punten dan onbesproken blijven.
Als dat gebeurt, wil ik er zelf bij zijn.
Ik ken mijn beperkingen. Die zijn er genoeg, maar ik wil mijzelf wel kunnen verdedigen als het ter sprake komt. En ik wil, indien nodig, zelfs terug kunnen slaan door ze dan op hun eigen onvolkomenheden en mankementen te wijzen. Zo ben ik nou eenmaal. Dat is leuk, toch?

Maar alle gekheid op een stokje, ik zou de gezellige uren op de tennisbaan en het gewauwel na afloop aan de gesprekstafels absoluut niet willen missen. Voor geen goud. 
 

14-05-2018

Wil je meer blogs lezen? Klik dan HIER voor de volledige titellijst